Op naar de tuin in november.

Oktober was weer een maand met enkele records, warmste 1 oktober, warmste 2 oktober, … . We hebben een jaar vol records achter de rug. We moeten er dan ook rekening mee houden dat we nog uitzonderlijke dagen zullen krijgen. In november zijn de dagen kort en donker. Meestal komt regelmatig mist voor en vroeger vroor het als eens in november, uitzonderlijk viel er al eens sneeuw. We moeten dan ook de nodige maatregelen nemen om onze tuin en omgeving te beschermen.

Zolang het gazon niet bevroren is, kunnen we afgevallen bladeren van de bomen ruimen. Afgebroken en beschadigde takken kunnen we verwijderen. In de moestuin kunnen we nog winterbedden aanleggen. Deze kan je vullen met afgevallen bladeren, verteerde compost, dierlijke mest of groenbemesting. Bovenop de ruggen kan je gerust nog een groenbemester zaaien. Uit de vijver halen we de lange slierten van draadalgen en ook het afgestorven loof van de planten. We zorgen voor wat kalk in het water en zetten de pomp in een lager regime. We zorgen er ook voor dat de vijver niet kan toe vriezen. Denk ook aan de buitenkraantjes! Voor onze dieren die buiten leven maken we het leven wat aangenamer door ervoor te zorgen dat ze minstens op één plek (zij het in hun hok) altijd droog kunnen zitten. Wat hooi en stro kan voor een goede hulp zorgen. Denk er ook aan dat hun water best niet bevriest! Zorg er ook voor dat ze niet te veel en niet te lang in hun eigen vuil zitten! Vergeet ook de vogeltjes niet, ze houden van wat extra bollen, wat graan en een droge plaats.

Zodra vorst wordt aangekondigd moeten we kijken welke planten we best naar de garage of de (verwarmde) serre brengen. In mijn geval gaat dit om meerdere planten: de jonge aardbeiplantjes, sierananas, meerdere oleanders, verschillende laurieren, bananenplant, fuchsia’s, enkele agapanthussen en brugmansia. In mijn serre hangt rondom rond bolletjesplastiek, mijn ramen zijn afgesloten (de pompjes in een vorstvrije plaats). In het midden van mijn serre hangt een toestel dat de temperatuur constant houdt tussen vijf en tien graden. Eens ze in de serre staan krijgen de planten geen water meer en mogen ze gedurende enkele maanden tot rust komen. Zie je tekenen van rot of aantasting door ongedierte, ga dan milieubewust aan het werk!

Buiten worden de vaste exotische planten voorzien van een winterjas die toch verluchting toelaat. Het heeft geen zin een jas aan te doen als het vocht in de jas kan bevriezen. De meeste planten laat je volledig tot rust komen en ze geven u een prachtig winterzicht terug. Andere planten steken nu de kop op om in een van de volgende maanden tot bloei te komen. Kamerplanten mogen ook wat rust gegund worden en moetenregelmatig afgestoft worden. Geef ook niet te veel water en let op waar je ze een plaats geeft.  Een te warme of te koude plaats kan de plant ernstig ziek maken.

Reacties zijn gesloten.